Spelen in De Walvis
Op het Midwolderstrand langs het Oldambtmeer aan de Noordrand van Blauwestad ligt sinds kort een heuse walvis waar kinderen kunnen kliederen met zand en water in de bek, voetballen in de buik en klimmen in staart.
Spelen in De Walvis
vrijdag 5 maart 2010
6 min
Spelen in De Walvis
Op het Midwolderstrand langs het Oldambtmeer aan de Noordrand van Blauwestad ligt sinds kort een heuse walvis waar kinderen kunnen kliederen met zand en water in de bek, voetballen in de buik en klimmen in staart.
33 meter lange Blauwe vinvis
Waarom een walvis? Sybolt Meindersma, architect van speelomgevingen: “De walvis is een bron van inspiratie als het gaat om de ontmoeting van land en water, die het Midwolderstrand belichaamd. Niet alleen het imposante lijf maar vooral ook het geraamte spreekt tot de verbeelding. De blauwe vinvis kan maar liefst 33 meter lang worden en die lengte heeft de walvis in Scheemda dan ook gekregen.” De totale strandlocatie beslaat 23 bij 80 meter. Om te voorkomen dat de walvis in het niet zou vallen in deze immense ruimte, zijn robiniapalen om de walvis geschakeerd. Meindersma: “De palen dienen enerzijds als transparante afbakening en anderzijds als vormgevend element. Het bovenaanzicht toont de contouren van een walvis, waarop en waarbinnen allerlei toepasselijke speelvoorzieningen zijn geprojecteerd.”
Van kop tot staart
Om ruimte te creëren om de onderdelen heen, en om de walvis gelijk te verdelen over het grote strand, zijn de kop, het middenrif en de staart uit elkaar gehaald. In de verschillende delen en de contouren van de walvis komen de kinderen allerlei mogelijkheden tot spel tegen. Voor de uitwerking en realisatie van De Walvis werkte Meindersma nauw samen met IJreka die de visie van Meindersma vertaalden naar zowel een realiseerbaar totaalbeeld als naar alle losse speelonderdelen, aldus Bas Slijkhuis, hoofd operationele uitvoering van IJreka.
Kleintjes spelen in de kop
De kop biedt voornamelijk spel voor de jongste kinderen. De openstaande bek van de walvis bevat een grondwaterpomp waarmee water door de uitgeholde, houten kaken van het zoogdier kan worden gepompt. De stroom kan met schuifelementen naar twee ‘kliederbakken’ worden gestuurd. Met rubberen emmertjes aan takels kunnen kinderen zand omhoog en omlaag takelen, terwijl anderen klauteren in het klimnet dat over de onderkaak van het dier is gespannen. Daarachter bevindt zich het middenrif van de vis, bestaande uit in hoogte verschillende klauterplateaus, overbrugt met houten ribben. In de contouren om de kop werden een evenwichtsbalk geplaatst en werden met robinia eenvoudige zitgelegenheden gecreëerd voor de ouders zodat zij hun kliederende kinderen in het oog kunnen houden.
Voetballen in de buik
In de buik van De Walvis kan door de iets ouderen kinderen worden gevoetbald. Het veld van ongeveer 400m2 wordt afgescheiden door grote ballenvangers. De doeltjes zijn, net als de ribben, driehoekige constructies van twee tegen elkaar geplaatste robiniapalen. In de contouren van de speelplek is aan de kant van het water een uitzichtplateau gemaakt, en aan de andere kant een constructie die dienst doet als tribune en klautertoestel. Aan de andere kant van het veld bevindt zich de ruggengraat, vormgegeven als een klimparcours van ribben die van hoog naar laag in het zand lijkt te verzinken. Tussen de ribben zijn touwen kriskras en strak gespannen, met kleine intervalhoogten.
Klimmen in de staart
Iets verderop steekt de staart van de walvis uit het zand omhoog. De staart wordt gevormd door een Cloeziniahouten staander, met een huid van geschaafd eiken en op de twee meter hoge top een platform. Nogmaals Slijkhuis: “Het platform is te bereiken via een klimwand of een klimnet. Eenmaal boven kunnen de kinderen lekker snel afdalen vanaf de punten van de staart met de rvs-glijbaan of de brandweerpaal.” In de robiniapalen omtrek naast de staart is een verticaal klimnet ongeveer vijf vierkante meter aan kettingen opgehangen, niet al te strak om de klimuitdaging nog groter te maken.
Klimfuik
Als we de contouren verder volgen, komen we bij het volgende idee van Meindersma in het vissen-thema: de klimfuik. Tussen Robinia-staanders is een tunnel opgehangen gemaakt van geparelde RVS ringen met verschillende grootten, onderling verbonden met een cilinder van fijnmazig net gemaakt van staalversterkt, doorzaam touw. Een paar meter verder begaan kinderen het steltenparcours. Voorzichtig zoeken ze met hun voeten naar de treetjes aan de zijkant van 60 centimeter hoge stelten in het zand. Vanaf de elfde stelt loopt het parcours het water in, dus daar wordt de evenwichtsact pas echt spannend. Alleen de echte durfals bereiken het waterspartelnet aan het einde van het steltenparcours. Deze spannende ontmoetingsplek hangt een halve meter boven het water en liggend op je buik kan je naar het water eronder kijken. Maar de mazen in het net zijn express zo groot gemaakt dat je in het ondiepere water valt als je niet oplet. Na alle opwinding kunnen de kinderen uitrusten in de hangmat op het droge, of vanuit de drijfhouthut uitkijken over het water of de speelplaats.
Werken met hout
De eigenschappen en bewerking van de gebruikte houtsoorten leidde voor en tijdens de realisatie van het project tot mooie vondsten. Alle ribben en beenderen van De Walvis, die tevens dienden als staanders en constructiedragers, werden naar de wens van de ontwerper gemaakt van robiniahout. Meindersma: “Robinia heeft hele mooie grillige eigenschappen. De stammen krommen als takken, waardoor zij gelijkenissen vertonen met beenderen.” Door twee kromme robiniastammen tegen elkaar aan te zetten ontstonden driehoekige vormen die de ribben in het ontwerp vormden. De huid van De Walvisstaart werd uiteindelijk gemaakt van bewerkt eiken. Dat bleek uiteindelijk zelfs een betere imitatie van de walvishuid te geven dan het oorspronkelijk geplande, en voor de hand liggende, rubber. Het karakter van hout biedt in dit kunstzinnige speelproject tevens een prachtig toekomstperspectief. Het eiken van de drijfhouthut en de huid van de staart zal onder invloed van weer en wind verweren en grijs worden. Zo zal het hout steeds meer de uitstraling krijgen van echt drijfhout en walvissenhuid. Slijkhuis: “Voor de klimwand hebben we daarom bewust gekozen voor crèmekleurige klimgrepen. Over een jaar zal de klimwand veel weg hebben van een walvissenhuid met echte zeepokken.”
Reactie toevoegen